Mbo-scholen zeggen OKE tegen voorwaarden digitaal examineren

7 vragen aan NED programmamanager Hans Swart

Vrijdag 6 oktober gaven mbo-scholen een ‘go’ op de goede werking van de OKE koppelvlakken binnen de eerste pilot*. Het gaat hierbij om de uitwisseling van student, examenplanning- en resultaatgegevens van rekenexamens (CEM) tussen de applicaties Eduarte en Remindo. ‘Een mooi resultaat. We zijn klaar voor stap 2: de implementatie in het mbo,’ zegt Hans Swart, programmamanager van het Netwerk Examinering en Digitalisering (NED).

1. Opgelucht dat de mbo-scholen hun officiële go afgaven?

“Absoluut! Het resultaat dat we op vrijdag 6 oktober behaalden, geeft vertrouwen in een goede oplevering van de koppelvlakken voor de applicaties Osiris, PeopleSoft en OnTrac in combinatie met Remindo (pilots 2 en 3) en op termijn andere SIS-, plannings- en toetsafnamesystemen.”

2. Dat klinkt als een technische formaliteit. Kan er nog iets mislukken op dit vlak?

“Binnen deze pilot niet meer want we hebben drie diepgaande tests uitgevoerd voor zowel de happy flow – de situatie waarin het proces van examineren prima volgens de juiste stappen verloopt – als procesonderdelen waarbij zaken in het digitale proces niet zo goed verlopen. De ‘niet zo happy flow’ dus. Denk aan meldingen dat velden ontbreken of dat je eerst stap X moet doen voordat je stap Y kan uitvoeren. Zoals altijd met techniek, zit de devil in the details. En daarom zijn we zo blij dat het digitale proces goed blijkt te werken.”

3. Wat betekent deze technische mijlpaal voor het vervolg van digitaal examineren?

“Deze eerste stap is een belangrijke voorwaarde voor de volgende fase: de koppelvlakken daadwerkelijk implementeren bij de pilotscholen. Dit zijn: Albeda, ROC van Amsterdam, ROC Midden Nederland, Summa College en Alfa-college. Met de technische go, het wat-verhaal, is de tijd rijp voor het waarom- en hoe-verhaal van digitaal examineren.”

4. Dan ook gelijk maar de ‘waarom’ vraag: waarom is digitaal examineren een voordeel?

“Er zijn veel pluspunten! Digitaal examineren bespaart tijd voor docenten: nakijken gebeurt automatisch en is dus ook minder gevoelig voor menselijke fouten en fraude, is anoniem, verhoogt de leesbaarheid, kost minder administratieve rompslomp, is transparanter, sluit aan bij data-ondersteund onderwijs. En last but not least: met digitaal examineren ben je af van de gigantische stapels papierwerk, een stuk vriendelijker voor het milieu dus.”

5. En wat zijn de aandachtspunten?

“Het meest voor de hand liggend is dat er privacy- en technische issues kunnen optreden tijdens digitale examens, zoals internetstoringen, computerproblemen of softwarefouten. Maar dit zijn algemeen geldende risico’s bij digitalisering die we goed kunnen beheersen door goede afspraken binnen service level agreements (SLA’s). Nu we de implementatiefase hebben bereikt is het zaak dat de pilotscholen een project gaan opzetten om de implementatie ook daadwerkelijk te gaan vormgeven en uitvoeren. Dit kost tijd en geld en vergt een zorgvuldige planning en samenwerking. Gelukkig zijn binnen het project OKE twee procescoördinatoren (BOP’ers in de volksmond – adviseurs Beleid Organisatie en Proces) beschikbaar om dit proces te begeleiden. Dit zijn Lianne de Vries en Alda Kroneman. Zij richten zich vooral op de verwachte wijzigingen met betrekking tot examenbeleid, examenorganisatie en examenprocessen.”

6. Wat is de volgende stap van het NED; ofwel: de ‘hoe’ vraag: hoe nu verder?

“Zorgen dat mbo-scholen technisch klaar, maar ook goed geïnformeerd zijn – om de stap te maken naar digitaal examineren. Vanuit het NED bieden we scholen op verschillende manieren ondersteuning. Zo gaan de BOP’ers de scholen in met al het materiaal dat ook op onze website staat. We hebben onze NED-website recent vernieuwd en verrijkt zodat alle informatie voorhanden is. Van visie-document en handreikingen, zoals de BOP-analyse, tot praatplaten voor mbo-scholen. De platen gaan over de stappen, de fases die je als school moet doorlopen om te komen tot digitaal examineren. In deze werkwijze zijn ook visie, GOKIT, BOPSI en MORA verwerkt.”

7. De laatste twee pilots; wanneer ronden jullie die af?

“De oplevering van de koppelvlakken voor de applicaties Osiris, PeopleSoft en OnTrac in combinatie met Remindo (pilots 2 en 3) ronden we tegen de kerst af. Daarna volgen de andere SIS-, plannings- en toetsafnamesystemen. Als de drie pilots naar tevredenheid zijn afgerond is de gewenste functionaliteit gereed en beschreven in een document (1.0 versie van de OKE koppeling in OOAPI). Deze documentatie borgen we bij de daarvoor bestemde gremia en zijn opvraagbaar voor leveranciers om koppelingen te kunnen bouwen. We richten ons vervolgens op de implementatie in scholen en ook op de bouw van de koppelvlakken bij meer SIS-, planning- en/of examenplatformen.”

Het NED en Npuls

De OKE-pilot en de andere ontwikkelingen en activiteiten binnen het NED worden uitgevoerd vanuit de programmaonderdelen ‘Wendbaar georganiseerd onderwijs’ en ‘Digitale sectorvoorzieningen van het landelijke Groeifondsprogramma Npuls waarin mbo, hbo en wo samenwerken aan dezelfde doelen: verbeteren van de kwaliteit van onderwijs, wendbaarheid en digitale vaardigheden van docenten en lerenden.

*De pilot is een initiatief van het Netwerk Examinering & Digitalisering. Ontwikkelingen zoals het beschrijven, de bouw en het testen van alle benodigde koppelvlakken kwamen tot stand door samenwerking tussen de tot nu toe betrokken mbo-scholen, de SIS-, plannings- en examenleveranciers, inclusief de ICT-platformen die de afname-applicaties aanbieden. Deze beweging wordt daarnaast ondersteund door collega’s van SURF, Kennisnet en MBO Digitaal.

Reacties (0)
Geef een reactie