De eerste (veelbelovende) resultaten van de pilot microcredentials in het mbo

Mbo-scholen die sinds april 2024 meedoen aan de pilot microcredentials mbo, zijn volop bezig met de ontwikkeling ervan. Dat blijkt uit het de tussentijdse evaluatie van onderzoeksbureau AEF. Van de 27 deelnemende pilotscholen, ontwikkelden 17 mbo-scholen al één of meerdere microcredentials in 2024. Het gaat in totaal om 24 microcredentials. Enkele scholen zijn zelfs al in staat een microcredential toe te kennen en uit te reiken.

Een microcredential is een betrouwbaar digitaal certificaat waarmee lerenden kunnen aantonen wat ze weten, kunnen en begrijpen na succesvolle afronding van een onderwijseenheid. Kortom, een microcredential geeft een zelfstandige (arbeidsmarkt)waarde aan een kleinere onderwijseenheid. De pilot microcredentials mbo is een initiatief van Npuls en de MBO Raad. In deze pilot geven de deelnemende scholen vorm aan de ontwikkeling van microcredentials in het mbo.

Samenwerking met werkveld

In de recente tussenevaluatie geven vrijwel alle scholen aan dat het werkveld op één of andere manier betrokken is bij de ontwikkeling van de microcredential. Bij 13 van de 17 instellingen komt de vraag voor een microcredential vanuit de regio of het werkveld. Met name tekortsectoren, zoals de zorgsector, staan open voor deze initiatieven voor snelle inzetbaarheid. In de interviews werd dit bevestigd door de deelnemende scholen, waarbij ze benadrukten hoe belangrijk het is om vanuit het werkveld te starten: ‘Het werkveld moet de waarde inzien van de microcredential, in plaats van dat er iets vanuit het onderwijsveld wordt ontwikkeld om het ontwikkelen.’

Enkele cijfers op een rij:

  • Bij 12 van de 17 microcredentials is het werkveld de vragende partij.
  • Bijna net zo vaak vindt de ontwikkeling van een microcredential plaats in co-creatie met het werkveld.
  • Bij 5 mbo-scholen is het werkveld ook betrokken in de beoordeling van de microcredential.
  • Bij één op de acht microcredentials wordt de microcredential ook samen met de betrokken werkgever(s) uitgevoerd.

Betrokken collega’s

Ongeveer de helft van de scholen geeft aan dat er vanuit het management behoefte is aan het ontwikkelen van microcredentials. Ook is er behoefte vanuit docenten en lerenden. Zo benoemden geïnterviewden dat er vragen komen van lerenden om in een bepaalde microcredential door te stromen. Ook vragen lerenden aan de instellingen steeds vaker of er een microcredential is voor een specifiek vakgebied. De toegevoegde waarde van microcredentials wordt op verschillende lagen gezien. Het onderwijsaanbod voor de microcredential komt vaak van gemotiveerde docententeams en onderwijsontwikkelaars. Zij gaan enthousiast te werk met het opzetten van de microcredential. De samenwerking tussen deze betrokkenen wordt over het algemeen als goed ervaren.

Spannende ontwikkeling

Voor de deelnemende scholen staat de kwaliteit voorop: “De lerenden en de werkgevers moeten er op kunnen vertrouwen dat microcredentials aan alle kwaliteitscriteria voldoen.” Het werken met een landelijk kwaliteitskader, waarbij veel autonomie zit bij de school, is niet gebruikelijk in het mbo. Dit maakt het een spannende ontwikkeling voor de deelnemende scholen. Daarbij werken ze altijd aan een balans tussen een goed onderwijsproduct, goede leeruitkomsten en toetsing.

Eindevaluatie

De pilot microcredentials mbo loopt door tot en met het einde van 2025. AEF zal in het najaar de eindevaluatie uitvoeren met de mbo-scholen, lerenden en betrokken werkgevers. Ondertussen blijft de beweging rondom microcredentials in het mbo, hbo en wo op gang.

Op de hoogte blijven van de pilot microcredentials?

  • Download de tussenevaluatie hier.
  • Neem deel aan het webinar over de tussenevaluatie op woensdag 5 maart van 11-12 uur online. Meld je hier aan.
  • Vragen? Neem contact op met Tanja Derksen, projectleider pilot microcredentials mbo.
Reacties (0)
Geef een reactie