Terugblik eerste Edu-V partnerconferentie met Imane Oulali: ‘Veel kansen voor verbinding’

De eerste Edu-V conferentie op 15 januari voor partners in Utrecht stond in het teken van kennismaken en verbinden. Imane Oulali*, liaison Edu-V, blikt terug vanuit 3 kansen: verbinding met de mbo-studenten, het programma Cyberveiligheid mbo en Npuls Digitale Leermaterialen.

De conferentie opent met een rake plenaire sessie gemodereerd door Cor Ottens en met bijdragen van programmamanager Hedy Van der Ende en gedelegeerd opdrachtgever Harold Rimmelzwaan die terugblikt op Edu-V vanaf de start van het programma in 2022. Digitale toepassingen moeten naar behoren werken voor studenten en docenten, vertelt hij. Zij moeten zich niet bezighouden met de techniek aan de achterkant. Het is net als water uit de kraan; daar moet je niet over hoeven nadenken. Ook vergelijkt hij het afsprakenstelsel met een digitale snelweg. ‘Je legt een snelweg aan en moet afspraken maken over de weggebruikers, de plaats van de afslagen, de plek van de knooppunten en welke verkeersborden nodig zijn. Allemaal afspraken die nodig zijn om de weggebruikers veilig en gemakkelijk van a naar b te begeleiden.’

Vooruitblik

En er was een vooruitblik. 2024 wordt het jaar van de implementatie van de eerste afspraken van het afsprakenstelsel en de oprichting van Stichting Edu-V. Imane: ‘Ook voor mbo-scholen is het belangrijk om deze ontwikkelingen te volgen, zodat je niet wordt verrast op het moment dat de afspraken in Edu-V worden geïmplementeerd.’ Momenteel verkent Edu-V aan welke randvoorwaarden scholen moeten voldoen om Edu-V ready  te zijn. Een belangrijke fase, stelt Imane, omdat deze randvoorwaarden gevolgen kunnen hebben voor het inkoopproces. ‘Scholen zullen liever in zee gaan met een leverancier die voldoet aan het Edu-V label/keurmerk dat betrouwbaar, flexibel en toekomstbestendig onderwijs bevordert dan een partij die dit niet doet.’ De verkenning naar randvoorwaarden voor scholen is nog gaande. Imane geeft aan dat Edu-V scholen hierin zal betrekken, net zoals de afspraken die in de verschillende werkgroepen worden gemaakt.

#1 Verbinding met studenten

De conferentie bracht ons terug naar de essentie van onze publiek-private samenwerking binnen Edu-V: we doen het voor leerlingen, studenten en onderwijsprofessionals in het po, vo, so en mbo. Groot compliment dus aan de vo-leerlingen, de student uit het mbo en volwasseneducatie en wiskundedocent Peter Harmsen die hier met Cor Ottens in gesprek gingen. Wat de studenten op school digitaal doen? De één doet er alles mee, ‘In elk lokaal Amacs en de pen wordt niet gebruikt’, de ander werkt- naar hartenlust-nog veel met fysieke boeken en schriften. ‘De iPad blijft vijf dagen thuis’. Op de vraag ‘Wat denk/hoop je dat er straks verandert? De een droomt van robotdocenten, de ander roept nu al heel vaak de hulp in van ChatGPT en YouTube om bij te leren. Voor docent Peter tijd om in te grijpen: de docent vervangen door robots? Dat zou jammer zijn. ‘Er valt nog veel te halen bij docenten van vlees en bloed’. Ai ziet hij vooral als onderwijs-ondersteuning. ‘De mogelijkheid om virtueel door Pompeï te lopen, bijvoorbeeld’. Op de vraag welke technische problemen de studenten ervaren op school, liggen de antwoorden dicht bij elkaar: errors bij het inloggen, wachtwoorden, geblokkeerde accounts en ook: boeken en digitale leermiddelen die niet overeenkomen. En wat vinden we van het verbod van mobieltjes in de klas? Op de vavo zijn de telefoons nog geoorloofd in geval van ‘educatieve doeleinden’, denk aan Kahoot. Wat wensen de studenten? Zorg dat alles werkt, maatwerk, metadata op orde; koppelen van tags. In boeken aanbevelingen van docenten over goede lesfilmpjes op Youtube en last but not least: alle leermiddelen voor iedere student toegankelijk.

#2 Verbinding met het programma Cyberveiligheid mbo

In hun breakout-sessie vertellen programmamanager Martijn Bijleveld en (privacy) jurist Niels Dutij waarom het loont om als programma Cyberveiligheid efficiënt samen te werken met cloudleveranciers. Omdat veel mbo-scholen dezelfde applicaties gebruiken, ligt een samenwerking hierin voor de hand. ‘Vanuit ons netwerk zetten we in op het gebruik van standaard inkoopovereenkomsten en verwerkersovereenkomsten. Deze modelverwerkersovereenkomsten bespreekt MBO Digitaal of SURF met de leverancier, waarbij met name aandacht is voor de beveiligingswaarborgen. Om daarover zekerheid te bieden, organiseren we samen met deze leveranciers pentests of audits. Ook de DPIA’s op veelgebruikte digitale leermiddelen voeren we centraal vanuit het programma voor alle mbo-instellingen uit. Wat de link is tussen het programma Cyberveiligheid en Edu-V? Die is volgens Martijn indirect. ‘Cyberveiligheid is een individuele verantwoordelijkheid van de mbo-scholen. Maar we weten dat we dit niet alleen kunnen als onderwijsinstellingen. Daarom zoeken we de samenwerking en maken we afspraken met alle partijen die we in het werkveld tegenkomen, waaronder dus ook onze cloudleveranciers binnen Edu-V. Op de vraag of het programma Cyberveiligheid ook een rol kan spelen in Edu-V’s idee voor een ‘Veilig-label voor het onderwijs’, reageren Martijn en Niels enthousiast: ‘We denken vanuit het programma Cyberveiligheid graag mee over de reële voorwaarden voor zo’n label.’

#3 Verbinding met Groeifondsprogramma Npuls

Menno de Waal, aanvoerder van de Transformatiehub Digitale leermaterialen en Liaison Manon Geven vertellen in hun breakout-sessie Npuls in actie: de dynamiek van flexibel digitaal leermateriaal onthuld, hoe de Transformatiehub bijdraagt aan flexibel digitaal onderwijs. Menno benoemt de overeenkomsten tussen Npuls en Edu-V: in beide programma’s is het mbo één van de drie hoofdrolspelers. En daarnaast heeft Npuls’ themalijn ‘Regie naar instellingen’ raakvlakken met Edu-V. ‘Uitgangspunt van deze themalijn is dat scholen ervoor zorgen dat zelfgemaakte en ingekochte digitale leermaterialen 100% FAIR zijn; vindbaar, toegankelijk, uitwisselbaar en herbruikbaar.’ Tijdens de sessie komen ook vragen over de verschillen tussen mbo en po & vo op het gebied van het gebruik van open standaarden voor het delen van onderwijsdata. Manon legt uit dat in het mbo zowel behoefte is om aan te sluiten bij de standaarden in het vo – ook omdat veel mbo-scholen een vmbo-poot hebben – maar tegelijkertijd ook bij het hbo en wo. Dat staat soms op spanning met elkaar, bijvoorbeeld bij UWLR versus OOAPI. ‘We zitten als mbo dus altijd een beetje tussen die sectoren in. Het is belangrijk om dit gesprek uitgebreider met elkaar te voeren. En daarom is het mooi dat de twee programma’s elkaar steeds meer weten te vinden.’

Meer lezen?

Lees de terugblik op deze conferentiedag op Edu-V.nl

*Imane Oulali coördineert en analyseert complexe vraagstukken, projecten en programma’s op het gebied van digitale transformatie, waaronder Edu-V, Edu-K en de Nederlandse AI Coalitie. Daarnaast is ze strategisch beleidsadviseur Onderwijsinnovatie & Digitalisering. Ze adviseert bestuurders binnen het bestuur van de MBO Raad op het gebied van onderwijsinnovatievraagstukken en behartigt de strategische belangen van de sector op dit gebied.

Reacties (0)
Geef een reactie